Oefening 1: Voegwoorden in complexe zinnen
2. Dia tidak datang ke sekolah *walaupun* dia sudah sihat. (Gebruik het juiste voegwoord om een tegenstelling aan te geven)
3. Kami akan makan *apabila* semua orang sudah tiba. (Gebruik het voegwoord voor tijd)
4. Adik bermain di taman *sementara* saya memasak di dapur. (Kies het voegwoord voor gelijktijdigheid)
5. Mereka belajar dengan giat *supaya* dapat lulus peperiksaan. (Gebruik het voegwoord om een doel aan te geven)
6. Ibu memasak nasi *semasa* ayah membaca surat khabar. (Gebruik het voegwoord voor gelijktijdigheid)
7. Saya tidak tahu *jika* dia akan datang ke majlis itu. (Gebruik het voegwoord voor een voorwaarde)
8. Dia cepat-cepat keluar *kerana* hujan mula turun. (Gebruik het voegwoord om reden aan te geven)
9. Kami tinggal di rumah *sehingga* cuaca menjadi baik. (Gebruik het voegwoord om een tijdsduur aan te geven)
10. Siti menangis *kerana* dia kehilangan kucingnya. (Gebruik het voegwoord om oorzaak uit te drukken)
Oefening 2: Complexe zinnen met relatieve bijzinnen
2. Buku *yang* saya baca sangat menarik. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord om te verwijzen naar een ding)
3. Rumah *yang* kami tinggal itu sangat besar. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord om een plaats aan te geven)
4. Gadis *yang* berdiri di sana adalah adik saya. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord om iemand te beschrijven)
5. Kereta *yang* dia beli baru minggu lepas sangat laju. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord om een object te beschrijven)
6. Kucing *yang* tidur di sofa itu sangat comel. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord voor dieren)
7. Lelaki *yang* datang ke rumah saya seorang jiran. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord om een persoon aan te duiden)
8. Bunga *yang* mekar di taman itu berwarna-warni. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord om iets te beschrijven)
9. Kanak-kanak *yang* bermain di padang itu adalah pelajar sekolah rendah. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord om een groep te beschrijven)
10. Telefon *yang* saya beli itu mahal harganya. (Gebruik het betrekkelijk voornaamwoord om een object te beschrijven)