Oefening 1: Bijwoorden van frequentie in eenvoudige zinnen
2. Timi *dherai* padhna sakchhau. (Hint: Dit betekent ‘vaak’ en wordt gebruikt om frequentie aan te geven.)
3. U *kahile kahi* khelcha. (Hint: Dit betekent ‘soms’ en wordt gebruikt voor onregelmatige frequentie.)
4. Hami *kabhie* mitho khana khanchhau. (Hint: Dit betekent ‘nooit’ en geeft aan dat iets niet gebeurt.)
5. Tyo kukur *hammesha* park ma huncha. (Hint: ‘altijd’ voor iets wat altijd waar is.)
6. Maile *dherai* kitab haru pareko chu. (Hint: ‘vaak’ of ‘veel’ in de context van frequentie.)
7. Timi *kahile kahi* tyo film hercha? (Hint: ‘soms’ voor onregelmatige gebeurtenissen.)
8. U *kabhie* deri gardaina. (Hint: ‘nooit’ in de negatieve betekenis van tijd nemen.)
9. Hami *hammesha* school samaya ma pugchhau. (Hint: ‘altijd’ betekent elke keer.)
10. Timi *dherai* dherai khelna man parcha. (Hint: ‘vaak’ of frequent in betekenis.)
Oefening 2: Bijwoorden van frequentie in vragen en ontkenningen
2. Ule *kabhie* khana khayena. (Hint: ‘Nooit’ voor ontkenningen.)
3. Hami *hammesha* saath dinchhau. (Hint: ‘Altijd’ voor regelmatige acties.)
4. Timi *dherai* mitho khana parcha? (Hint: ‘Vaak’ om frequentie te vragen.)
5. Maile *kahile kahi* tyo gaana sune. (Hint: ‘Soms’ voor onregelmatige acties.)
6. U *kabhie* deri gardaina. (Hint: ‘Nooit’ in de betekenis van niet te laat zijn.)
7. Tyo mitho *hammesha* tayar huncha. (Hint: ‘Altijd’ voor constante eigenschappen.)
8. Timi *dherai* padhna man parcha? (Hint: ‘Vaak’ om frequentie te vragen.)
9. Maile *kahile kahi* mitho khana banauchhu. (Hint: ‘Soms’ voor af en toe iets doen.)
10. Ule *kabhie* jhutho bhanda. (Hint: ‘Nooit’ voor nooit iets doen.)