Oefening 1: Bezittelijke voornaamwoorden bij enkelvoudige zelfstandige naamwoorden
2. O teu coche é rápido. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘jouw’ bij een mannelijk enkelvoudig zelfstandig naamwoord.)
3. A súa amiga é simpática. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘zijn/haar/uw’ bij vrouwelijk enkelvoud.)
4. O noso gato dorme moito. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘ons’ bij mannelijk enkelvoud.)
5. A vosa casa é grande. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘jullie’ bij vrouwelijk enkelvoud.)
6. O seu libro está na mesa. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘hun/uw’ bij mannelijk enkelvoud.)
7. A miña mesa é nova. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘mijn’ bij vrouwelijk enkelvoud.)
8. O teu irmán é alto. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘jouw’ bij mannelijk enkelvoud.)
9. A súa idea é boa. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘zijn/haar/uw’ bij vrouwelijk enkelvoud.)
10. O noso coche é azul. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘ons’ bij mannelijk enkelvoud.)
Oefening 2: Bezittelijke voornaamwoorden bij meervoudige zelfstandige naamwoorden
2. Os teus libros están na mesa. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘jouw’ bij mannelijk meervoud.)
3. As súas casas son grandes. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘zijn/haar/uw’ bij vrouwelijk meervoud.)
4. Os nosos fillos xogaron no parque. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘ons’ bij mannelijk meervoud.)
5. As vosas amigas son intelixentes. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘jullie’ bij vrouwelijk meervoud.)
6. Os seus coches son rápidos. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘hun/uw’ bij mannelijk meervoud.)
7. As miñas gatas son cariñosas. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘mijn’ bij vrouwelijk meervoud.)
8. Os teus irmáns son simpáticos. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘jouw’ bij mannelijk meervoud.)
9. As súas ideas son interesantes. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘zijn/haar/uw’ bij vrouwelijk meervoud.)
10. Os nosos libros son novos. (Hint: Gebruik het bezittelijk voornaamwoord voor ‘ons’ bij mannelijk meervoud.)