Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Oefeningen met betrekkelijke voornaamwoorden voor Swahili-grammatica

In deze oefeningen leer je hoe je betrekkelijke voornaamwoorden in het Swahili kunt gebruiken. Betrekkelijke voornaamwoorden verbinden twee zinnen door te verwijzen naar een eerder genoemd zelfstandig naamwoord. Je oefent hier met de juiste vormen van betrekkelijke voornaamwoorden die in het Swahili worden gebruikt om zinnen correct te verbinden.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Betrekkelijke voornaamwoorden gebruiken in eenvoudige zinnen

1. Mtu *ambaye* anapika ni mama yangu. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij personen)
2. Kitabu *ambacho* ninachosoma ni kizuri. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘dat’ bij dingen)
3. Watoto *wanao* kucheza wanacheka. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij meervoud)
4. Gari *ambalo* linaenda ni jipya. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘dat’ bij dingen, concordantie belangrijk)
5. Nyumba *ambayo* iko karibu ni kubwa. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij vrouwelijke zelfstandige naamwoorden)
6. Mwalimu *ambaye* anafundisha Kiswahili ni mzuri. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij personen)
7. Samahani, mtu *ambaye* uliongea naye ni rafiki yangu. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘met wie’ bij personen)
8. Jina *ambalo* limeandikwa ni la shule. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘dat’ bij namen of titels)
9. Chakula *ambacho* tunakula ni kitamu. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘dat’ bij dingen)
10. Watu *wanao* kazi ni wazuri. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij meervoud)

Oefening 2: Betrekkelijke voornaamwoorden in context

1. Mtu *ambaye* alikuja jana ni dada yangu. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij personen)
2. Samahani, nyumba *ambayo* unayo ni nzuri sana. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij vrouwelijke zelfstandige naamwoorden)
3. Watoto *wanao* kucheza uwanjani ni wapenzi wa michezo. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij meervoud)
4. Gari *ambalo* limevunjika linahitaji kutengenezwa. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘dat’ bij dingen)
5. Mwalimu *ambaye* anafundisha darasani ni mzuri sana. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij personen)
6. Kitabu *ambacho* nilinunua jana ni cha hisabati. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘dat’ bij dingen)
7. Samahani, mtoto *ambaye* anakimbia ni kaka yangu. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij personen)
8. Chakula *ambacho* tunapenda ni wali na samaki. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘dat’ bij dingen)
9. Watu *wanao* fursa ya kusoma wanapaswa kuipenda. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘die’ bij meervoud)
10. Jina *ambalo* limeandikwa kwenye karatasi ni la mwalimu. (Gebruik het betrekkelijke voornaamwoord voor ‘dat’ bij namen of titels)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot