Oefening 1: Agent-voorzetsels met actieve werkwoorden
2. De maaltijd wordt door mijn moeder klaargemaakt. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
3. Het huis is door de arbeiders gebouwd. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
4. Het boek is door de student gelezen. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
5. De bloemen worden door de tuinman verzorgd. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
6. De computer is door de technicus gerepareerd. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
7. Het schilderij is door de kunstenaar gemaakt. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
8. De film is door de regisseur geregisseerd. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
9. De muziek wordt door de band gespeeld. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
10. De taken zijn door de studenten uitgevoerd. (Agent-voorzetsel in Tamil is *moolam*)
Oefening 2: Agent-voorzetsels in passieve zinnen
2. De wedstrijd is door het team gewonnen. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)
3. De brief wordt door de postbode bezorgd. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)
4. De fouten zijn door de leerlingen gecorrigeerd. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)
5. Het cadeau is door haar vriend gegeven. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)
6. De presentatie is door de manager voorbereid. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)
7. De nieuwe regels zijn door de overheid ingesteld. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)
8. De auto is door de monteur nagekeken. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)
9. Het verslag is door de secretaris geschreven. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)
10. De taken zijn door de assistent verdeeld. (Gebruik het agent-voorzetsel *moolam* in Tamil)