Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Oefeningen in de Poolse grammatica in de afgelopen jaren

In deze oefeningen oefenen we de Poolse grammatica met zinnen die betrekking hebben op gebeurtenissen in de afgelopen jaren. Je leert hoe je werkwoorden in het verleden gebruikt en hoe je tijdsaanduidingen juist toepast.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Werkwoorden in de verleden tijd gebruiken

1. W zeszułym roku ja *uczyłem się* polskiego. (Hint: gebruik de verleden tijd van ‘uczyć się’ voor ‘ik’ in mannelijk.)
2. Ona *napisała* dużo listów w poprzednich latach. (Hint: verleden tijd van ‘napisać’ voor ‘zij’ enkelvoud vrouwelijk.)
3. My *odwiedziliśmy* Warszawę dwa lata temu. (Hint: verleden tijd van ‘odwiedzić’ voor ‘wij’ mannelijk.)
4. Ty *czytałeś* tę książkę w zeszłym roku. (Hint: verleden tijd van ‘czytać’ voor ‘jij’ mannelijk.)
5. Oni *zrozumieli* zasady gramatyki po kilku lekcjach. (Hint: verleden tijd van ‘zrozumieć’ voor ‘zij’ meervoud mannelijk.)
6. W zeszłym miesiącu ona *oglądała* film polski. (Hint: verleden tijd van ‘oglądać’ voor ‘zij’ vrouwelijk enkelvoud.)
7. Ja *mieszkałem* w Krakowie przez trzy lata. (Hint: verleden tijd van ‘mieszkać’ voor ‘ik’ mannelijk.)
8. Wy *rozmawialiście* o języku polskim wczoraj. (Hint: verleden tijd van ‘rozmawiać’ voor ‘jullie’ mannelijk.)
9. On *pracował* nad zadaniem przez cały weekend. (Hint: verleden tijd van ‘pracować’ voor ‘hij’ mannelijk.)
10. My *uczyłyśmy się* gramatyki przez ostatnie lata. (Hint: verleden tijd van ‘uczyć się’ voor ‘wij’ vrouwelijk.)

Oefening 2: Tijdsaanduidingen en verleden tijd combineren

1. W zeszłym roku oni *podróżowali* po Polsce. (Hint: gebruik verleden tijd en ‘zeszły rok’ betekent vorig jaar.)
2. Ona *mieszkała* w Gdańsku w ostatnich latach. (Hint: verleden tijd en ‘ostatnie lata’ betekent afgelopen jaren.)
3. My *kupiliśmy* nowe książki dwa lata temu. (Hint: verleden tijd en ‘dwa lata temu’ betekent twee jaar geleden.)
4. Ty *czytałaś* tę gazetę w zeszłym miesiącu. (Hint: verleden tijd en ‘zeszły miesiąc’ betekent vorige maand.)
5. Ja *odwiedziłem* muzeum w ostatnim tygodniu. (Hint: verleden tijd en ‘ostatni tydzień’ betekent afgelopen week.)
6. Wy *rozmawialiście* o gramatyce w zeszłym semestrze. (Hint: verleden tijd en ‘zeszły semestr’ betekent vorig semester.)
7. On *napisał* wiele e-maili w ostatnich dniach. (Hint: verleden tijd en ‘ostatnie dni’ betekent de afgelopen dagen.)
8. One *uczyły się* nowych słówek w zeszłym roku. (Hint: verleden tijd en ‘zeszły rok’ betekent vorig jaar, vrouwelijk meervoud.)
9. Ja *pracowałem* nad projektem przez ostatnie miesiące. (Hint: verleden tijd en ‘ostatnie miesiące’ betekent afgelopen maanden.)
10. Ty *oglądałeś* ten serial w zeszłym tygodniu. (Hint: verleden tijd en ‘zeszły tydzień’ betekent vorige week.)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot