Oefening 1: Onvoltooid verleden tijd (Imperfektum) in het Servisch
1. Juče *sam čitao* knjigu. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘čitati’ voor ‘ik’ en tijdsaanduiding gisteren)
2. Ti *si pisao* pismo juče. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘pisati’ voor ‘jij’ en tijdsaanduiding gisteren)
3. On *je radio* u kancelariji juče. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘raditi’ voor ‘hij’ en tijdsaanduiding gisteren)
4. Mi *smo gledali* film prošle nedelje. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘gledati’ voor ‘wij’ en tijdsaanduiding vorige week)
5. Vi *ste vozili* auto juče popodne. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘voziti’ voor ‘jullie’ en tijdsaanduiding gisterenmiddag)
6. Oni *su spavali* do podneva. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘spavati’ voor ‘zij’ en tijdsaanduiding tot de middag)
7. Ja *nisam znao* odgovor. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘znati’ in ontkennende vorm voor ‘ik’)
8. Ti *si čuo* vest rano jutros. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘čuti’ voor ‘jij’ en tijdsaanduiding vroeg vanochtend)
9. Ona *je učila* srpski jezik prošlog meseca. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘učiti’ voor ‘zij’ vrouwelijk en tijdsaanduiding vorige maand)
10. Mi *nismo išli* u školu juče. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘ići’ in ontkennende vorm voor ‘wij’ en tijdsaanduiding gisteren)
2. Ti *si pisao* pismo juče. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘pisati’ voor ‘jij’ en tijdsaanduiding gisteren)
3. On *je radio* u kancelariji juče. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘raditi’ voor ‘hij’ en tijdsaanduiding gisteren)
4. Mi *smo gledali* film prošle nedelje. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘gledati’ voor ‘wij’ en tijdsaanduiding vorige week)
5. Vi *ste vozili* auto juče popodne. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘voziti’ voor ‘jullie’ en tijdsaanduiding gisterenmiddag)
6. Oni *su spavali* do podneva. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘spavati’ voor ‘zij’ en tijdsaanduiding tot de middag)
7. Ja *nisam znao* odgovor. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘znati’ in ontkennende vorm voor ‘ik’)
8. Ti *si čuo* vest rano jutros. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘čuti’ voor ‘jij’ en tijdsaanduiding vroeg vanochtend)
9. Ona *je učila* srpski jezik prošlog meseca. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘učiti’ voor ‘zij’ vrouwelijk en tijdsaanduiding vorige maand)
10. Mi *nismo išli* u školu juče. (Gebruik de onvoltooid verleden tijd van ‘ići’ in ontkennende vorm voor ‘wij’ en tijdsaanduiding gisteren)
Oefening 2: Onvoltooid toekomstige tijd (Futur I) in het Servisch
1. Ja *ću raditi* sutra. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘raditi’ voor ‘ik’ met tijdsaanduiding morgen)
2. Ti *ćeš učiti* večeras. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘učiti’ voor ‘jij’ met tijdsaanduiding vanavond)
3. On *će pisati* pismo sutra ujutru. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘pisati’ voor ‘hij’ met tijdsaanduiding morgenochtend)
4. Mi *ćemo gledati* film večeras. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘gledati’ voor ‘wij’ met tijdsaanduiding vanavond)
5. Vi *ćete putovati* sledeće nedelje. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘putovati’ voor ‘jullie’ met tijdsaanduiding volgende week)
6. Oni *će dolaziti* sutra popodne. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘dolaziti’ voor ‘zij’ met tijdsaanduiding morgenmiddag)
7. Ja *neću jesti* kasno večeras. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘jesti’ in ontkennende vorm voor ‘ik’)
8. Ti *ćeš čitati* knjigu sutra. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘čitati’ voor ‘jij’ met tijdsaanduiding morgen)
9. Ona *će raditi* na projektu sledeće nedelje. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘raditi’ voor ‘zij’ vrouwelijk met tijdsaanduiding volgende week)
10. Mi *nećemo ići* u bioskop večeras. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘ići’ in ontkennende vorm voor ‘wij’ met tijdsaanduiding vanavond)
2. Ti *ćeš učiti* večeras. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘učiti’ voor ‘jij’ met tijdsaanduiding vanavond)
3. On *će pisati* pismo sutra ujutru. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘pisati’ voor ‘hij’ met tijdsaanduiding morgenochtend)
4. Mi *ćemo gledati* film večeras. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘gledati’ voor ‘wij’ met tijdsaanduiding vanavond)
5. Vi *ćete putovati* sledeće nedelje. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘putovati’ voor ‘jullie’ met tijdsaanduiding volgende week)
6. Oni *će dolaziti* sutra popodne. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘dolaziti’ voor ‘zij’ met tijdsaanduiding morgenmiddag)
7. Ja *neću jesti* kasno večeras. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘jesti’ in ontkennende vorm voor ‘ik’)
8. Ti *ćeš čitati* knjigu sutra. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘čitati’ voor ‘jij’ met tijdsaanduiding morgen)
9. Ona *će raditi* na projektu sledeće nedelje. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘raditi’ voor ‘zij’ vrouwelijk met tijdsaanduiding volgende week)
10. Mi *nećemo ići* u bioskop večeras. (Gebruik de onvoltooid toekomstige tijd van ‘ići’ in ontkennende vorm voor ‘wij’ met tijdsaanduiding vanavond)
Download talkpal app 
_icon.svg){kind=icon}
