1. Ол қазір кітап *оқып жатыр* (gebruik de continue vorm om aan te geven dat hij nu aan het lezen is).
2. Мен бұл фильмді *көрдім* (gebruik de perfectumvorm om aan te geven dat ik de film heb gezien).
3. Олар мектепке *барып жатыр* (gebruik de continue vorm omdat ze nu onderweg zijn).
4. Біз қазақ тілін *үйреніп жатырмыз* (gebruik de continue vorm voor een handeling die nog bezig is).
5. Сен бұл әнді *естіп қойдың* (gebruik perfectum om aan te geven dat je het al gehoord hebt).
6. Мен қазір тамақ *жеп жатырмын* (gebruik continue voor een handeling die nu plaatsvindt).
7. Ол жұмысын *аяқтап қойды* (gebruik perfectum om een afgeronde handeling aan te geven).
8. Біз қазір сабақ *оқып жатырмыз* (gebruik continue voor een lopende activiteit).
9. Олар жаңа үйді *сатып алды* (gebruik perfectum om het resultaat te benadrukken).
10. Сен неге *жүгіріп жатырсың*? (gebruik continue om een actie die nu gebeurt te vragen).

1. Ол кеше мектепке *барып жатты* (gebruik continue vorm om een actie in het verleden die bezig was aan te geven).
2. Мен кеше кітапты толық *оқып шықтым* (gebruik perfectum om een afgeronde handeling te tonen).
3. Олар кешкі асқа дейін жұмыс *жасап жатты* (gebruik continue om een voortdurende actie in het verleden te beschrijven).
4. Біз өткен аптада фильмді *көрдік* (gebruik perfectum om de voltooide actie aan te geven).
5. Сен ұйықтап *жаттың* кезде мен келдім (gebruik continue voor een actie die bezig was in het verleden).
6. Олар кешке дейін үй *тазалап шықты* (gebruik perfectum om een afgeronde handeling te benadrukken).
7. Мен сабаққа дайындалып *жаттым* (gebruik continue om de voortgaande actie aan te geven).
8. Ол жаңа әнді бірнеше рет *ойнап шықты* (gebruik perfectum voor een afgeronde handeling).
9. Біз кешке дейін жұмыс істеп *жаттық* (gebruik continue om een langdurige actie in het verleden te tonen).
10. Сен неге телефонмен сөйлесіп *жаттың*? (gebruik continue om een actie in het verleden die bezig was te vragen).