Oefening 1: Bijwoorden van manieren in eenvoudige zinnen
2. बच्चा *धेरै छिटो* दौडिरहेको छ. (Hint: Hoe rent het kind? Antwoord: heel snel)
3. हामीले कामलाई *सावधानीपूर्वक* गर्यौं. (Hint: Hoe deden wij het werk? Antwoord: voorzichtig)
4. उसले आफ्नो कुरा *स्पष्ट* भन्यो. (Hint: Hoe sprak hij? Antwoord: duidelijk)
5. उनीहरू *सुरक्षित* तरिकाले घर फर्किए. (Hint: Hoe keerden zij terug? Antwoord: veilig)
6. म यो कामलाई *ध्यानपूर्वक* गर्छु. (Hint: Hoe doe ik het werk? Antwoord: aandachtig)
7. शिक्षकले *न्यानो* तरिकाले बच्चालाई सिकाए. (Hint: Hoe gaf de leraar les? Antwoord: vriendelijk/warm)
8. बच्चाले खेलमा *आनन्दले* भाग लियो. (Hint: Hoe nam het kind deel? Antwoord: met plezier)
9. उसले प्रश्नलाई *अझै राम्रो* तरिकाले जवाफ दियो. (Hint: Hoe gaf hij antwoord? Antwoord: nog beter)
10. हामीले योजना *धेरै राम्रो* बनाए. (Hint: Hoe maakten wij het plan? Antwoord: heel goed)
Oefening 2: Bijwoorden van manieren in samengestelde zinnen
2. शिक्षकले विद्यार्थीलाई *बिस्तारै* सम्झाए ताकि सबै बुझुन्. (Hint: Hoe legde de leraar uit? Antwoord: langzaam/geduldig)
3. हामीले योजना *सहमत भएर* तयार गर्यौं. (Hint: Hoe maakten wij het plan? Antwoord: eensgezind)
4. बच्चा आफ्नो गृहकार्यलाई *निष्ठापूर्वक* पूरा गर्यो. (Hint: Hoe maakte het kind huiswerk? Antwoord: ijverig)
5. उनले प्रश्नलाई *धेरै स्पष्ट* तरिकाले जवाफ दियो. (Hint: Hoe gaf hij antwoord? Antwoord: heel duidelijk)
6. हामीले समस्या समाधानलाई *शान्तिपूर्वक* सोच्यौं. (Hint: Hoe dachten wij na? Antwoord: rustig)
7. उसले खेलमा *जोशपूर्ण* प्रदर्शन गर्यो. (Hint: Hoe speelde hij? Antwoord: enthousiast)
8. शिक्षकले पाठलाई *ध्यान दिएर* पढाए. (Hint: Hoe gaf de leraar les? Antwoord: zorgvuldig)
9. बच्चाले खेल मैदानमा *मजाले* खेल्यो. (Hint: Hoe speelde het kind? Antwoord: met plezier)
10. हामीले सबै कामलाई *सही तरिकाले* व्यवस्थापन गर्यौं. (Hint: Hoe organiseerden wij alles? Antwoord: op de juiste manier)