1. Van *néhány* könyvet olvastam el. (Hint: ‘néhány’ betekent ‘enkele’ of ‘een paar’ en wordt gebruikt met meervoudige zelfstandige naamwoorden.)
2. A kertben *sok* virág nyílik. (Hint: ‘sok’ betekent ‘veel’ en drukt een grote hoeveelheid uit.)
3. Csak *kevés* ember jött el a találkozóra. (Hint: ‘kevés’ betekent ‘weinig’ en geeft een kleine hoeveelheid aan.)
4. *Minden* diák megkapta a feladatot. (Hint: ‘minden’ betekent ‘iedere’ en wordt met enkelvoudige zelfstandige naamwoorden gebruikt.)
5. Vettem *több* almát a piacon. (Hint: ’több’ betekent ‘meer’ en vergelijkt hoeveelheden.)
6. Adtál nekem *elég* pénzt? (Hint: ‘elég’ betekent ‘genoeg’ en geeft een voldoende hoeveelheid aan.)
7. Láttam *néhány* madarat a fán. (Hint: gebruik ‘néhány’ bij een klein aantal tellbare dingen.)
8. *Sok* ember szeret zenét hallgatni. (Hint: ‘sok’ wordt gebruikt voor grote aantallen personen of dingen.)
9. Van *kevés* időnk a feladatra. (Hint: ‘kevés’ kan ook bij niet-telbare zelfstandige naamwoorden gebruikt worden.)
10. *Minden* nap tanulok magyarul. (Hint: ‘minden’ drukt uit dat iets elke dag gebeurt.)

1. Kérsz *néhány* süteményt? (Hint: ‘néhány’ wordt gebruikt bij telbare meervoudige zelfstandige naamwoorden.)
2. A boltban *sok* zöldséget lehet vásárolni. (Hint: ‘sok’ geeft een grote hoeveelheid aan.)
3. Sajnos csak *kevés* tej maradt a hűtőben. (Hint: ‘kevés’ drukt een kleine hoeveelheid uit, ook bij niet-telbare zelfstandige naamwoorden.)
4. *Minden* gyerek szereti a játékokat. (Hint: ‘minden’ betekent ‘iedere’ en wordt met enkelvoudige zelfstandige naamwoorden gebruikt.)
5. Vettem *több* könyvet a könyvesboltban. (Hint: ’több’ betekent ‘meer’ en wordt gebruikt om te vergelijken.)
6. Van *elég* időnk a moziba menni. (Hint: ‘elég’ betekent ‘genoeg’ en geeft voldoende hoeveelheid aan.)
7. Láttam *néhány* kutyát a parkban. (Hint: ‘néhány’ wordt gebruikt bij een paar telbare dingen.)
8. *Sok* tanuló vett részt a versenyen. (Hint: ‘sok’ drukt een grote hoeveelheid personen uit.)
9. Maradt *kevés* kenyér a kosárban. (Hint: ‘kevés’ drukt een kleine hoeveelheid uit.)
10. *Minden* este olvasok egy könyvet. (Hint: ‘minden’ betekent ‘iedere’ en wordt gebruikt om regelmaat uit te drukken.)