Imperatievenoefeningen: Basisvormen
2. *Cer* i’r siop! (Ga naar de winkel! – informeel, enkelvoud)
3. *Dilynwch* y llwybr hwn. (Volg dit pad! – formeel, meervoud)
4. *Ysgrifennwch* eich enw yma. (Schrijf hier je naam! – formeel, meervoud)
5. *Bwyta* eich brecwast yn gyflym! (Eet je ontbijt snel! – informeel, enkelvoud)
6. *Ewch* i gysgu nawr! (Ga nu slapen! – formeel, meervoud)
7. *Darllenwch* y llyfr hwn. (Lees dit boek! – formeel, meervoud)
8. *Cofia* ddiffodd y golau. (Vergeet niet het licht uit te doen! – informeel, enkelvoud)
9. *Cadwch* y drws ar gau. (Houd de deur gesloten! – formeel, meervoud)
10. *Cân* gyda mi! (Zing met mij! – informeel, enkelvoud)
Imperatievenoefeningen: Ontkenning en Specifieke Gebruiken
2. Peidiwch â *bwyta* y mêl. (Eet de honing niet! – ontkenning, informeel)
3. Peidiwch â *ysgrifennu* ar y wal. (Schrijf niet op de muur! – ontkenning, formeel)
4. Peidiwch â *canu* yn y dosbarth. (Zing niet in de klas! – ontkenning, informeel)
5. Peidiwch â *gwrando* ar y radio! (Luister niet naar de radio! – ontkenning, informeel)
6. Peidiwch â *ymddwyn* yn amhriodol. (Gedraag je niet ongepast! – ontkenning, formeel)
7. Peidiwch â *gofalu* am hynny. (Maak je daar geen zorgen over! – ontkenning, informeel)
8. Peidiwch â *cysgu* yn hwyr! (Ga niet laat slapen! – ontkenning, informeel)
9. Peidiwch â *cerdded* ar y glaswellt. (Loop niet op het gras! – ontkenning, formeel)
10. Peidiwch â *gwastraffu* bwyd. (Verspil geen eten! – ontkenning, informeel)