Deelwoordoefeningen voor Russische grammatica – Tegenwoordige deelwoorden
2. Zij leest een *spannend* boek. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “spannen” in het Russisch.)
3. Het *zingende* kind maakt iedereen blij. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “zingen” in het Russisch.)
4. Wij zien de *spelende* honden in het park. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “spelen” in het Russisch.)
5. Het *schrijvende* meisje is mijn zus. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “schrijven” in het Russisch.)
6. De *lachende* mensen genieten van het feest. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “lachen” in het Russisch.)
7. Hij kijkt naar de *dansende* studenten. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “dansen” in het Russisch.)
8. Het *werkende* personeel is erg vriendelijk. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “werken” in het Russisch.)
9. Zij bewondert het *groeiende* plantje. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “groeien” in het Russisch.)
10. De *lezende* vrouw zit in de bibliotheek. (Hint: Gebruik het tegenwoordige deelwoord van “lezen” in het Russisch.)
Deelwoordoefeningen voor Russische grammatica – Verleden deelwoorden
2. Het *gebroken* glas moet worden weggegooid. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “breken” in het Russisch.)
3. Hij draagt een *gemaakt* schilderij. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “maken” in het Russisch.)
4. De *gevonden* sleutel is van mijn vader. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “vinden” in het Russisch.)
5. De *gesproken* taal is moeilijk te begrijpen. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “spreken” in het Russisch.)
6. Zij leest het *vertaalde* boek. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “vertalen” in het Russisch.)
7. Het *geopende* raam laat frisse lucht binnen. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “openen” in het Russisch.)
8. De *verloren* hond is weer thuis. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “verliezen” in het Russisch.)
9. Het *gesloten* deur is stevig. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “sluiten” in het Russisch.)
10. De *gedragen* jas is warm en comfortabel. (Hint: Gebruik het verleden deelwoord van “dragen” in het Russisch.)