Het leren van een nieuwe taal kan een uitdagende maar uiterst lonende ervaring zijn. Voor degenen die Portugees op een hoger niveau willen beheersen, is het kennen van de juiste woordenschat essentieel. Het B2-niveau, ook wel bekend als het “Vantage” of “Upper Intermediate” niveau, vereist een solide basis van woorden en uitdrukkingen die vaak worden gebruikt in zowel alledaagse als meer formele gesprekken. In dit artikel zullen we enkele van de meest essentiële Portugese woorden en uitdrukkingen bespreken die u moet kennen om succesvol te communiceren op B2-niveau.
Essentiële Werkwoorden
Werkwoorden zijn de ruggengraat van elke taal. Hier zijn enkele werkwoorden die u zeker moet beheersen op B2-niveau:
1. Acreditar – geloven
– Eu acredito que ele vai chegar a tempo. (Ik geloof dat hij op tijd zal zijn.)
2. Conseguir – kunnen, slagen
– Ela conseguiu terminar o projeto a tempo. (Zij slaagde erin het project op tijd af te maken.)
3. Desenvolver – ontwikkelen
– A empresa está desenvolvendo um novo produto. (Het bedrijf ontwikkelt een nieuw product.)
4. Esperar – wachten, hopen
– Nós esperamos que tudo dê certo. (Wij hopen dat alles goed komt.)
5. Melhorar – verbeteren
– Ele quer melhorar suas habilidades em português. (Hij wil zijn Portugese vaardigheden verbeteren.)
Belangrijke Zelfstandige Naamwoorden
Zelfstandige naamwoorden zijn cruciaal voor het aanduiden van mensen, plaatsen, dingen en ideeën. Hier zijn enkele belangrijke zelfstandige naamwoorden voor B2-niveau:
1. Atenção – aandacht
– A atenção dos alunos é essencial para o aprendizado. (De aandacht van de leerlingen is essentieel voor het leren.)
2. Condições – omstandigheden
– As condições de trabalho são muito boas aqui. (De arbeidsomstandigheden zijn hier erg goed.)
3. Desafio – uitdaging
– Aprender uma nova lÃngua é sempre um desafio. (Een nieuwe taal leren is altijd een uitdaging.)
4. Experiência – ervaring
– Ele tem muita experiência na área de vendas. (Hij heeft veel ervaring op het gebied van verkoop.)
5. Oportunidade – kans, gelegenheid
– Esta é uma grande oportunidade para sua carreira. (Dit is een grote kans voor uw carrière.)
Veelvoorkomende Bijvoeglijke Naamwoorden
Bijvoeglijke naamwoorden helpen om zelfstandige naamwoorden te beschrijven en te specificeren. Hieronder vindt u enkele belangrijke bijvoeglijke naamwoorden:
1. Agradável – aangenaam
– O clima está muito agradável hoje. (Het weer is vandaag erg aangenaam.)
2. Complexo – complex
– Este problema é bastante complexo. (Dit probleem is vrij complex.)
3. Eficiente – efficiënt
– Precisamos encontrar uma maneira mais eficiente de trabalhar. (We moeten een efficiëntere manier van werken vinden.)
4. Fascinante – fascinerend
– A história do Brasil é realmente fascinante. (De geschiedenis van Brazilië is echt fascinerend.)
5. Importante – belangrijk
– É importante estudar todos os dias. (Het is belangrijk om elke dag te studeren.)
Veelgebruikte Bijwoorden
Bijwoorden geven meer informatie over werkwoorden, bijvoeglijke naamwoorden of andere bijwoorden. Hier zijn enkele bijwoorden die vaak worden gebruikt op B2-niveau:
1. Atualmente – momenteel
– Atualmente, estamos focados em melhorar nosso serviço. (Momenteel richten we ons op het verbeteren van onze dienstverlening.)
2. Frequentemente – vaak
– Ele viaja frequentemente a trabalho. (Hij reist vaak voor werk.)
3. Geralmente – meestal
– Geralmente, ele chega cedo ao escritório. (Meestal komt hij vroeg op kantoor.)
4. Imediatamente – onmiddellijk
– Ela respondeu imediatamente ao e-mail. (Zij antwoordde onmiddellijk op de e-mail.)
5. Provavelmente – waarschijnlijk
– Ele provavelmente chegará atrasado. (Hij zal waarschijnlijk te laat komen.)
Essentiële Uitdrukkingen
Naast losse woorden, zijn er ook enkele uitdrukkingen die u helpen om vloeiender en natuurlijker te klinken in het Portugees:
1. Ao invés de – in plaats van
– Ao invés de reclamar, devemos procurar soluções. (In plaats van te klagen, moeten we naar oplossingen zoeken.)
2. De acordo com – volgens
– De acordo com o relatório, as vendas aumentaram. (Volgens het rapport zijn de verkopen gestegen.)
3. Em relação a – met betrekking tot
– Precisamos discutir algumas questões em relação ao projeto. (We moeten enkele kwesties met betrekking tot het project bespreken.)
4. Por outro lado – aan de andere kant
– Esta solução é prática, mas por outro lado, pode ser cara. (Deze oplossing is praktisch, maar aan de andere kant kan het duur zijn.)
5. Sem dúvida – zonder twijfel
– Este é, sem dúvida, um dos melhores restaurantes da cidade. (Dit is zonder twijfel een van de beste restaurants in de stad.)
Voorzetsels en Voegwoorden
Voorzetsels en voegwoorden verbinden woorden en zinnen met elkaar en geven de relatie tussen hen aan. Hier zijn enkele belangrijke voorbeelden:
1. Apesar de – ondanks
– Apesar de estar cansado, ele foi ao encontro. (Ondanks dat hij moe was, ging hij naar de vergadering.)
2. Além de – naast, behalve
– Além de português, ela fala inglês e espanhol. (Naast Portugees spreekt ze Engels en Spaans.)
3. Embora – hoewel
– Embora ele seja jovem, é muito competente. (Hoewel hij jong is, is hij zeer bekwaam.)
4. Contudo – echter
– O projeto é interessante, contudo, requer muito tempo. (Het project is interessant, echter, het vereist veel tijd.)
5. Portanto – daarom
– Ele estudou muito, portanto, passou no exame. (Hij heeft veel gestudeerd, daarom is hij geslaagd voor het examen.)
Concluderende Gedachten
Het beheersen van een breed scala aan woorden en uitdrukkingen is essentieel om het B2-niveau in het Portugees te bereiken. Deze lijst is slechts een beginpunt; het is belangrijk om voortdurend nieuwe woorden te leren en ze in de praktijk te brengen. Oefenen met spreken, luisteren, lezen en schrijven in het Portugees zal u helpen om deze woorden en uitdrukkingen te integreren in uw dagelijkse taalgebruik. Vergeet niet dat consistentie en geduld de sleutel zijn tot succes in elke taalstudie.
Veel succes met uw leerreis en blijf gemotiveerd!