Estland is een land van contrasten, vooral als het gaat om de seizoenen. De winter (talv) en de zomer (suvi) bieden elk hun eigen unieke charme en uitdagingen. In dit artikel zullen we dieper ingaan op de verschillen tussen deze twee seizoenen in het Ests, en daarbij specifieke woordenschat leren die je zal helpen om je Ests te verbeteren.
Talv – Winter in Estland
De winters in Estland zijn koud, donker en vaak behoorlijk lang. Laten we eens kijken naar enkele specifieke woorden en uitdrukkingen die je kunt gebruiken om over de winter te praten.
Talv – Winter
Talv on väga külm aeg aastas.
De winter is een zeer koude tijd van het jaar.
Lumi – Sneeuw
Lumi katab maad paksult.
De sneeuw bedekt de grond dik.
Külm – Koud
Väljas on väga külm.
Het is buiten erg koud.
Jää – IJs
Järv on kaetud paksu jääkihiga.
Het meer is bedekt met een dikke laag ijs.
Jõulud – Kerstmis
Jõulud on talve kõige oodatum aeg.
Kerstmis is de meest verwachte tijd van de winter.
Kamin – Open haard
Talvel meeldib mulle kamina ees istuda.
In de winter zit ik graag voor de open haard.
Suusad – Ski’s
Ma panen suusad jalga ja lähen suusatama.
Ik trek mijn ski’s aan en ga skiën.
Lumehelbeke – Sneeuwvlok
Lumehelbed langevad õrnalt maapinnale.
Sneeuwvlokken vallen zachtjes op de grond.
Winteractiviteiten
Suusatamine – Skiën
Suusatamine on talvel väga populaarne tegevus.
Skiën is een zeer populaire activiteit in de winter.
Uisutamine – Schaatsen
Uisutamine on lõbus ja sportlik tegevus.
Schaatsen is een leuke en sportieve activiteit.
Kelgutamine – Sleeën
Lapsed armastavad kelgutamist.
Kinderen houden van sleeën.
Lumememm – Sneeuwpop
Me ehitame suure lumememme.
We maken een grote sneeuwpop.
Lumesõda – Sneeuwballengevecht
Lumesõda on talvel väga lõbus.
Een sneeuwballengevecht is erg leuk in de winter.
Suvi – Zomer in Estland
De zomers in Estland zijn mild en aangenaam, met lange dagen en veel zon. Laten we nu enkele woorden en uitdrukkingen bekijken die je kunt gebruiken om over de zomer te praten.
Suvi – Zomer
Suvi on minu lemmik aastaaeg.
De zomer is mijn favoriete seizoen.
Päike – Zon
Päike paistab eredalt taevas.
De zon schijnt helder aan de hemel.
Soe – Warm
Täna on väga soe ilm.
Vandaag is het erg warm weer.
Meri – Zee
Ma lähen mere äärde ujuma.
Ik ga naar de zee om te zwemmen.
Rannas – Aan het strand
Rannas on palju inimesi.
Er zijn veel mensen aan het strand.
Jäätis – IJsje
Söön suvel palju jäätist.
Ik eet veel ijsjes in de zomer.
Telkimine – Kamperen
Telkimine looduses on suurepärane.
Kamperen in de natuur is geweldig.
Õun – Appel
Suvine aed on täis küpseid õunu.
De zomertuin zit vol rijpe appels.
Zomeractiviteiten
Ujumine – Zwemmen
Ujumine meres on väga värskendav.
Zwemmen in de zee is erg verfrissend.
Grillimine – Barbecueën
Meile meeldib suvel grillida.
We houden ervan om in de zomer te barbecueën.
Matkamine – Wandelen
Matkamine metsas on rahustav.
Wandelen in het bos is rustgevend.
Päevitamine – Zonnen
Mulle meeldib rannas päevitada.
Ik hou ervan om op het strand te zonnen.
Festival – Festival
Suvine festival toob palju rõõmu.
Het zomerfestival brengt veel vreugde.
Conclusie
De seizoenen talv (winter) en suvi (zomer) in Estland bieden een breed scala aan ervaringen en activiteiten. Door specifieke woordenschat te leren, kun je je vaardigheden in het Ests verbeteren en beter communiceren over deze verschillende tijden van het jaar. Of je nu geniet van de koude en sneeuw van de winter of de warme en zonnige dagen van de zomer, er is altijd iets nieuws te ontdekken in de Estse taal en cultuur.