Slowaakse zelfstandige naamwoorden die u moet kennen

Het leren van een nieuwe taal kan zowel uitdagend als lonend zijn. Of u nu van plan bent om naar Slowakije te reizen, zaken te doen met Slowaakse partners of gewoon geïnteresseerd bent in de taal, het beheersen van zelfstandige naamwoorden is een cruciale stap. In dit artikel zullen we enkele van de belangrijkste Slowaakse zelfstandige naamwoorden bespreken die u moet kennen. Elk woord wordt uitgelegd en voorzien van een voorbeeldzin, zodat u ze in de praktijk kunt zien.

Basis zelfstandige naamwoorden

dom – Dit betekent “huis”. Het is een van de meest fundamentele woorden die u moet kennen bij het leren van Slowaaks.

Bývam v krásnom dome.

škola – Dit betekent “school”. Een belangrijk woord, vooral als u kinderen hebt of zelf een opleiding volgt.

Moja dcéra chodí do školy každý deň.

auto – Dit betekent “auto”. Handig om te weten voor reizen en vervoer.

Kúpil som si nové auto.

kniha – Dit betekent “boek”. Onmisbaar voor iedereen die van lezen houdt.

Čítam zaujímavú knihu.

stôl – Dit betekent “tafel”. Een veelgebruikt woord in alledaagse gesprekken.

Jedlo je na stole.

Familie en relaties

otec – Dit betekent “vader”. Een van de eerste woorden die u leert in een nieuwe taal.

Môj otec je veľmi múdry muž.

matka – Dit betekent “moeder”. Even belangrijk als “vader”.

Moja matka varí vynikajúce jedlá.

brat – Dit betekent “broer”. Handig voor gesprekken over familie.

Môj brat je lekár.

sestra – Dit betekent “zus”. Even belangrijk als “broer”.

Moja sestra študuje na univerzite.

priateľ – Dit betekent “vriend”. Belangrijk voor sociale interacties.

Môj priateľ mi vždy pomáha.

Werk en beroep

práca – Dit betekent “werk”. Een essentieel woord voor iedereen die in Slowakije werkt.

Mám zaujímavú prácu.

učiteľ – Dit betekent “leraar”. Handig als u in het onderwijs werkt of studeert.

Môj učiteľ je veľmi prísny.

doktor – Dit betekent “dokter”. Onmisbaar voor medische gesprekken.

Musím ísť k doktorovi.

inžinier – Dit betekent “ingenieur”. Belangrijk voor technische beroepen.

Môj otec je inžinier.

sekretárka – Dit betekent “secretaresse”. Handig voor kantooromgevingen.

Sekretárka pripravuje stretnutie.

Voeding en drank

chlieb – Dit betekent “brood”. Een basisvoedsel dat u vaak zult gebruiken.

Ráno jedávam chlieb s maslom.

mlieko – Dit betekent “melk”. Belangrijk voor het ontbijt en andere maaltijden.

Pijem pohár mlieka.

jablko – Dit betekent “appel”. Een veel voorkomende vrucht.

Jem červené jablko.

káva – Dit betekent “koffie”. Onmisbaar voor koffieliefhebbers.

Ráno pijem kávu.

víno – Dit betekent “wijn”. Handig voor sociale gelegenheden.

Mám rád červené víno.

Dagelijkse activiteiten

práca – Dit betekent “werk”. Een ander woord voor werk dat vaak wordt gebruikt.

Po práci idem domov.

cvičenie – Dit betekent “oefening”. Belangrijk voor sport- en fitnessactiviteiten.

Každý deň robím cvičenie.

nákup – Dit betekent “boodschappen”. Handig voor dagelijkse activiteiten.

V sobotu robím nákup.

čítanie – Dit betekent “lezen”. Onmisbaar voor iedereen die van boeken houdt.

Večer rád čítam.

spánok – Dit betekent “slaap”. Belangrijk voor een gezonde levensstijl.

Potrebujem viac spánku.

Reizen en vervoer

vlak – Dit betekent “trein”. Handig voor reizen binnen het land.

Cestujem vlakom do Bratislavy.

lietadlo – Dit betekent “vliegtuig”. Belangrijk voor internationale reizen.

Letím lietadlom do Paríža.

autobus – Dit betekent “bus”. Een veelgebruikt vervoermiddel.

Čakám na autobus.

taxík – Dit betekent “taxi”. Handig in stedelijke gebieden.

Vezmem si taxík do hotela.

bicykel – Dit betekent “fiets”. Populair voor korte afstanden.

Jazdím na bicykli do práce.

Gevoelens en emoties

radosť – Dit betekent “vreugde”. Belangrijk voor het uiten van positieve emoties.

Cítim veľkú radosť.

smútok – Dit betekent “verdriet”. Handig voor het uiten van negatieve emoties.

Prežívam smútok.

strach – Dit betekent “angst”. Belangrijk voor het bespreken van zorgen.

Mám strach z výšok.

prekvapenie – Dit betekent “verrassing”. Handig voor onverwachte gebeurtenissen.

Pripravili mi prekvapenie.

láska – Dit betekent “liefde”. Onmisbaar voor romantische relaties.

Cítim veľkú lásku.

Weer en natuur

slnko – Dit betekent “zon”. Belangrijk voor gesprekken over het weer.

Slnko svieti.

dažď – Dit betekent “regen”. Handig voor dagelijkse weersomstandigheden.

Vonku prší.

sneh – Dit betekent “sneeuw”. Belangrijk voor winterse omstandigheden.

V zime padá sneh.

vietor – Dit betekent “wind”. Handig voor weersbeschrijvingen.

Fúka silný vietor.

strom – Dit betekent “boom”. Belangrijk voor beschrijvingen van de natuur.

V záhrade máme veľký strom.

Het beheersen van deze basis zelfstandige naamwoorden zal u helpen om een solide basis te leggen in het Slowaaks. Door deze woorden te leren en te oefenen, zult u merken dat uw begrip en spreekvaardigheid in het Slowaaks aanzienlijk verbeteren. Veel succes met uw taalstudie!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller