Het leren van een nieuwe taal kan een uitdagende maar ook zeer lonende ervaring zijn. Een van de eerste stappen bij het leren van een nieuwe taal is vaak het leren van basiszinnen voor ontmoetingen en begroetingen. Dit is niet anders als je Maori leert, de taal van de inheemse bevolking van Nieuw-Zeeland. In dit artikel zullen we enkele veelvoorkomende Maori-zinnen en woorden doornemen die je kunt gebruiken bij het ontmoeten en begroeten van mensen.
Begroetingen
Kia ora – Hallo / Goedendag
Maori groet die vaak wordt gebruikt om hallo te zeggen of iemand een goede dag te wensen.
Kia ora, e hoa!
Tēnā koe – Hallo (tegen één persoon)
Een formele manier om hallo te zeggen tegen één persoon.
Tēnā koe, e Hine!
Tēnā kōrua – Hallo (tegen twee personen)
Een formele manier om hallo te zeggen tegen twee personen.
Tēnā kōrua, e hoa mā!
Tēnā koutou – Hallo (tegen drie of meer personen)
Een formele manier om hallo te zeggen tegen drie of meer personen.
Tēnā koutou katoa!
Vragen naar welzijn
Kei te pēhea koe? – Hoe gaat het met jou?
Een veelgebruikte vraag om te informeren naar iemands welzijn.
Kei te pēhea koe, e hoa?
Kei te pai – Het gaat goed
Een gebruikelijke antwoord op de vraag hoe het gaat.
Kei te pai ahau, āe.
Kua pau te hau – Ik ben moe
Een uitdrukking die aangeeft dat iemand moe is.
Kua pau te hau i te mahi.
Afsluiten van een gesprek
Haere rā – Tot ziens (tegen degene die vertrekt)
Een manier om afscheid te nemen van iemand die weggaat.
Haere rā, e hoa!
E noho rā – Tot ziens (tegen degene die blijft)
Een manier om afscheid te nemen van iemand die blijft.
E noho rā, e kui!
Mā te wā – Tot later
Een informele manier om te zeggen tot ziens, met de implicatie dat je elkaar later weer zult zien.
Mā te wā, e hoa mā!
Introduceren van jezelf
Ko wai tō ingoa? – Wat is jouw naam?
Een vraag die je kunt stellen om iemands naam te leren kennen.
Ko wai tō ingoa?
Ko [naam] tōku ingoa – Mijn naam is [naam]
Een manier om je eigen naam te introduceren.
Ko Maria tōku ingoa.
No hea koe? – Waar kom je vandaan?
Een vraag die je kunt stellen om te informeren waar iemand vandaan komt.
No hea koe?
No [plaats] ahau – Ik kom uit [plaats]
Een manier om te zeggen waar je vandaan komt.
No Rotterdam ahau.
Extra vocabulaire
Hoa – Vriend
Een woord dat gebruikt wordt om een vriend aan te duiden.
Kia ora, e hoa!
Whānau – Familie
Een woord dat gebruikt wordt om familie aan te duiden.
Kei te pai taku whānau.
Aroha – Liefde
Een woord dat liefde of genegenheid betekent.
He aroha tōku mōu.
Kai – Eten
Een woord dat gebruikt wordt om eten aan te duiden.
Kei te hiahia ahau ki te kai.
Wai – Water
Een woord dat water betekent.
Homai he wai māku.
Whare – Huis
Een woord dat gebruikt wordt om een huis aan te duiden.
Kei hea tō whare?
Het leren van deze basiswoorden en zinnen zal je een goede start geven in het communiceren in het Maori. Door vaak te oefenen en deze woorden en zinnen in je dagelijkse gesprekken te gebruiken, zul je merken dat je steeds zelfverzekerder wordt in het spreken van de taal. Veel succes met je taalleerreis!