Kde – Waar. Dit is een van de meest fundamentele woorden die je nodig hebt als je de weg vraagt.
Kde je nejbližší zastávka autobusu?
Kam – Waarheen. Dit woord gebruik je om te vragen naar de bestemming.
Kam mám jít?
Jak – Hoe. Dit woord is handig om te vragen naar de manier waarop je ergens kunt komen.
Jak se dostanu na nádraží?
Prosím – Alstublieft. Dit is een beleefdheidswoord dat vaak wordt gebruikt aan het begin of einde van een vraag.
Prosím, můžete mi ukázat cestu?
Richtingen
Doprava – Rechts. Dit gebruik je om iemand te vertellen dat ze rechtsaf moeten slaan.
Zahněte doprava u semaforu.
Doleva – Links. Dit gebruik je om iemand te vertellen dat ze linksaf moeten slaan.
Zahněte doleva na křižovatce.
Rovně – Rechtdoor. Dit woord gebruik je om iemand te vertellen dat ze rechtdoor moeten blijven gaan.
Jděte rovně až na konec ulice.
Za rohem – Om de hoek. Dit is nuttig om aan te geven dat iets dichtbij is, maar net om de hoek.
Je to za rohem odtud.
Locaties
Nádraží – Station. Dit kan een treinstation of een busstation zijn.
Kde je hlavní nádraží?
Zastávka – Halte. Dit is de plaats waar je op de bus of tram wacht.
Jak se dostanu k nejbližší zastávce?
Letiště – Vliegveld. Dit woord gebruik je als je naar of vanaf een vliegveld reist.
Kde je nejbližší letiště?
Centrum – Centrum. Dit is het centrale deel van een stad.
Jak se dostanu do centra města?
Transportmiddelen
Autobus – Bus. Een veelgebruikt transportmiddel in steden en dorpen.
Kdy přijede další autobus?
Tramvaj – Tram. Dit is een ander populair vervoermiddel in steden.
Kde je tramvajová zastávka?
Vlak – Trein. Dit is handig voor langere afstanden.
Kdy odjíždí další vlak do Prahy?
Taxi – Taxi. Dit is een privévervoermiddel dat je kunt bellen of aanhouden op straat.
Kde můžu najít taxi?
Extra nuttige zinnen
Jak dlouho – Hoe lang. Dit gebruik je om te vragen naar de tijdsduur.
Jak dlouho to trvá pěšky?
Kolik – Hoeveel. Dit woord gebruik je om te vragen naar de kosten.
Kolik stojí jízdenka?
Otevřeno – Open. Dit is handig om te weten of een plaats open is.
Kdy je otevřeno?
Zavřeno – Gesloten. Dit is het tegenovergestelde van open.
Je to zavřeno v neděli?
Pomoc – Hulp. Dit woord gebruik je als je dringend hulp nodig hebt.
Pomoc, ztratil jsem se!
Policie – Politie. Dit is belangrijk om te weten in geval van nood.
Kde je nejbližší policejní stanice?
Conclusie
Het leren van deze basisnavigatiezinnen in het Tsjechisch kan je helpen om je weg te vinden in Tsjechië en om gemakkelijker met de lokale bevolking te communiceren. Of je nu een toerist bent of een nieuwe inwoner, het kennen van deze zinnen kan je ervaring aanzienlijk verbeteren. Oefen ze regelmatig en probeer ze te gebruiken in echte situaties om je zelfvertrouwen te vergroten. Veel succes met je taalstudie!