Bosnische werkwoorden voor dagelijks gebruik

Het leren van een nieuwe taal kan uitdagend zijn, maar het beheersen van veelgebruikte werkwoorden kan een groot verschil maken in hoe snel je je kunt uitdrukken en begrijpen. In dit artikel zullen we enkele van de meest voorkomende Bosnische werkwoorden voor dagelijks gebruik bespreken. Elk werkwoord wordt gevolgd door een definitie en een voorbeeldzin om je te helpen begrijpen hoe je het kunt gebruiken.

Veelgebruikte Bosnische werkwoorden

biti – zijn
Dit is een van de meest fundamentele werkwoorden in de Bosnische taal. Het wordt gebruikt om een toestand of een eigenschap van een persoon of ding aan te geven.

Ja sam student.

imati – hebben
Dit werkwoord wordt gebruikt om bezit of relaties aan te geven.

Ona ima knjigu.

raditi – werken, doen
Dit werkwoord kan zowel “werken” als “doen” betekenen, afhankelijk van de context.

Ja radim u kancelariji.

ići – gaan
Dit werkwoord wordt gebruikt om beweging of verplaatsing aan te geven.

Idemo u park.

vidjeti – zien
Dit werkwoord wordt gebruikt om visuele waarneming aan te geven.

Mogu vidjeti planine.

govoriti – spreken, praten
Dit werkwoord wordt gebruikt om te praten of te spreken in een bepaalde taal.

On govori engleski.

čuti – horen
Dit werkwoord wordt gebruikt om auditieve waarneming aan te geven.

Čujem muziku.

jesti – eten
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van eten aan te geven.

Ja jedem jabuku.

piti – drinken
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van drinken aan te geven.

Ona pije vodu.

voljeti – houden van
Dit werkwoord wordt gebruikt om liefde of genegenheid aan te geven.

Volim te.

morati – moeten
Dit werkwoord wordt gebruikt om noodzaak of verplichting aan te geven.

Moram učiti.

moći – kunnen
Dit werkwoord wordt gebruikt om mogelijkheid of capaciteit aan te geven.

Mogu plivati.

znati – weten, kennen
Dit werkwoord wordt gebruikt om kennis of bewustzijn aan te geven.

Znam odgovor.

željeti – willen, wensen
Dit werkwoord wordt gebruikt om verlangen of wens aan te geven.

Želim sladoled.

učiti – leren, studeren
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van leren of studeren aan te geven.

Učim bosanski jezik.

razumjeti – begrijpen
Dit werkwoord wordt gebruikt om begrip of inzicht aan te geven.

Razumijem te.

pisati – schrijven
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van schrijven aan te geven.

Pišem pismo.

čitati – lezen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van lezen aan te geven.

Čitam knjigu.

spavati – slapen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van slapen aan te geven.

On spava u sobi.

igrati – spelen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van spelen aan te geven.

Djeca igraju fudbal.

Meer complexe werkwoorden

putovati – reizen
Dit werkwoord wordt gebruikt om verplaatsing over langere afstanden aan te geven.

Volim putovati.

čekati – wachten
Dit werkwoord wordt gebruikt om te wachten op iets of iemand.

Čekam autobus.

razgovarati – converseren, praten
Dit werkwoord wordt gebruikt om te praten of te converseren met iemand.

Razgovaramo o filmu.

voziti – rijden
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van rijden aan te geven.

Vozim auto.

kuhati – koken
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van koken aan te geven.

Kuham večeru.

kupovati – kopen, winkelen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van kopen of winkelen aan te geven.

Kupujem namirnice.

plivati – zwemmen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van zwemmen aan te geven.

Plivam u moru.

letjeti – vliegen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van vliegen aan te geven.

Letim za Pariz.

šiti – naaien
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van naaien aan te geven.

Šijem haljinu.

gledati – kijken
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van kijken aan te geven.

Gledam televiziju.

sanjati – dromen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van dromen aan te geven.

Sanjam o putovanju.

trčati – rennen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van rennen aan te geven.

Trčim svakog jutra.

pevati – zingen
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van zingen aan te geven.

Pevam pesmu.

gledati – bekijken
Dit werkwoord wordt gebruikt om een specifieke handeling van kijken aan te geven, meestal met meer aandacht.

Gledam film.

čistiti – schoonmaken
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van schoonmaken aan te geven.

Čistim kuću.

popraviti – repareren
Dit werkwoord wordt gebruikt om de handeling van repareren aan te geven.

Popravljam bicikl.

zvati – bellen, noemen
Dit werkwoord kan zowel “bellen” als “noemen” betekenen, afhankelijk van de context.

Zovem prijatelja.

voleti – houden van
Dit werkwoord wordt gebruikt om liefde of genegenheid aan te geven, vergelijkbaar met “voljeti”.

Volim kafu.

Conclusie

Het beheersen van deze veelgebruikte Bosnische werkwoorden zal je helpen om je beter uit te drukken en te begrijpen in dagelijkse situaties. Oefen deze werkwoorden regelmatig en probeer ze in je dagelijkse gesprekken te integreren. Met tijd en geduld zul je merken dat je steeds vloeiender wordt in het gebruik van de Bosnische taal. Veel succes met je studie!

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller