Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Oefeningen voor het vergelijken van de doorlopende tijden in de Thaise grammatica

In deze oefeningen vergelijken we de doorlopende tijden in de Thaise grammatica. Je oefent met het herkennen en gebruiken van de tegenwoordige, verleden en toekomstige doorlopende tijd door de juiste werkwoordsvorm in te vullen. Let goed op de hints om het juiste antwoord te kiezen.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Tegenwoordige en Verleden Doorlopende Tijd

1. Ik *ben aan het lezen* (gebruik de tegenwoordige doorlopende tijd van lezen).
2. Jij *was aan het eten* toen ik belde (gebruik de verleden doorlopende tijd van eten).
3. Hij *is aan het werken* nu (gebruik de tegenwoordige doorlopende tijd van werken).
4. Wij *waren aan het studeren* gisteren avond (gebruik de verleden doorlopende tijd van studeren).
5. Zij *is aan het lopen* in het park (gebruik de tegenwoordige doorlopende tijd van lopen).
6. Jullie *waren aan het praten* toen de leraar binnenkwam (gebruik de verleden doorlopende tijd van praten).
7. De kinderen *zijn aan het spelen* buiten (gebruik de tegenwoordige doorlopende tijd van spelen).
8. Ik *was aan het schrijven* een brief toen jij arriveerde (gebruik de verleden doorlopende tijd van schrijven).
9. Hij *is aan het luisteren* naar muziek (gebruik de tegenwoordige doorlopende tijd van luisteren).
10. Wij *waren aan het koken* toen de stroom uitviel (gebruik de verleden doorlopende tijd van koken).

Oefening 2: Toekomstige Doorlopende Tijd en Vergelijking

1. Morgen om deze tijd *zal ik aan het reizen zijn* (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van reizen).
2. Over een uur *zul jij aan het studeren zijn* (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van studeren).
3. Volgende week *zal hij aan het verhuizen zijn* (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van verhuizen).
4. Morgenavond *zullen wij aan het dineren zijn* (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van dineren).
5. Over vijf minuten *zullen zij aan het vergaderen zijn* (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van vergaderen).
6. Later vandaag *zal jij aan het sporten zijn* (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van sporten).
7. Morgen *zal ik aan het lezen zijn* als jij belt (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van lezen).
8. Volgende maand *zal hij aan het werken zijn* in een nieuw kantoor (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van werken).
9. Over twee uur *zullen wij aan het reizen zijn* naar het strand (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van reizen).
10. Vanavond *zullen zij aan het dansen zijn* op het feest (gebruik de toekomstige doorlopende tijd van dansen).
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot