Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Oefeningen in de Galicische grammatica uit het verleden

Deze oefeningen richten zich op de Galicische grammatica uit het verleden, waarbij de nadruk ligt op het correct gebruiken van werkwoordsvormen in de verleden tijd. Let goed op de aanwijzingen in het Nederlands om de juiste verleden tijdsvorm te kiezen.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Verleden tijd van regelmatige werkwoorden

1. Eu *falaba* co meu amigo onte. (Gebruik de onvoltooide verleden tijd van “falar” – spreken)
2. Ti *escribiches* unha carta a semana pasada. (Gebruik de voltooid verleden tijd van “escribir” – schrijven)
3. Nós *traballabamos* moito o mes pasado. (Gebruik de onvoltooide verleden tijd van “traballar” – werken)
4. Eles *comeron* no restaurante onte á noite. (Gebruik de voltooid verleden tijd van “comer” – eten)
5. Vós *mirabades* a televisión cando choveu. (Gebruik de onvoltooide verleden tijd van “mirar” – kijken)
6. Ela *estudiou* para o exame o día anterior. (Gebruik de voltooid verleden tijd van “estudiar” – studeren)
7. Eu *viaxaba* por Galicia cada verán. (Gebruik de onvoltooide verleden tijd van “viaxar” – reizen)
8. Ti *bailaches* na festa o sábado. (Gebruik de voltooid verleden tijd van “bailar” – dansen)
9. Nós *bebíamos* café todas as mañás. (Gebruik de onvoltooide verleden tijd van “beber” – drinken)
10. Eles *escribiron* un libro o ano pasado. (Gebruik de voltooid verleden tijd van “escribir” – schrijven)

Oefening 2: Onregelmatige werkwoorden in de verleden tijd

1. Eu *fun* á praia onte. (Gebruik de verleden tijd van “ir” – gaan)
2. Ti *fixeches* un bo traballo na presentación. (Gebruik de verleden tijd van “facer” – doen/maken)
3. Nós *dixemos* a verdade ao profesor. (Gebruik de verleden tijd van “decir” – zeggen)
4. Eles *deron* un agasallo á súa nai. (Gebruik de verleden tijd van “dar” – geven)
5. Vós *vistes* unha película interesante. (Gebruik de verleden tijd van “ver” – zien)
6. Ela *soubo* a resposta correcta. (Gebruik de verleden tijd van “saber” – weten)
7. Eu *puxen* o libro na mesa. (Gebruik de verleden tijd van “poñer” – zetten/leggen)
8. Ti *quixeches* axudarme co proxecto. (Gebruik de verleden tijd van “querer” – willen)
9. Nós *tivemos* unha festa o sábado. (Gebruik de verleden tijd van “ter” – hebben)
10. Eles *estiveron* na reunión toda a mañá. (Gebruik de verleden tijd van “estar” – zijn/blijven)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot