Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Imperfeito/Pretérito-vergelijkingsoefeningen voor de Portugese grammatica

Deze oefeningen richten zich op het verschil tussen de imperfeito en de pretérito in de Portugese grammatica. De imperfeito wordt gebruikt voor beschrijvingen, gewoontes in het verleden en onafgemaakte handelingen, terwijl de pretérito een afgeronde handeling in het verleden aanduidt. Door deze oefeningen te maken, leer je wanneer je welke tijd moet gebruiken.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Imperfeito of Pretérito – Basiszinnen

1. Ontem eu *falei* com o professor. (gebruik pretérito voor een afgeronde handeling in het verleden)
2. Quando eu era criança, eu *brincava* no parque todos os dias. (gebruik imperfeito voor gewoontes in het verleden)
3. Ela *chegou* cedo na festa ontem. (gebruik pretérito voor een specifieke gebeurtenis)
4. Nós sempre *estudávamos* juntos na biblioteca. (gebruik imperfeito voor herhaalde acties)
5. Na semana passada, ele *viajou* para o Brasil. (gebruik pretérito voor een afgeronde actie)
6. Antes, você *morava* nesta cidade? (gebruik imperfeito voor een situatie in het verleden)
7. Eles *compraram* um carro novo no mês passado. (gebruik pretérito voor een specifieke gebeurtenis)
8. Enquanto eu *lia*, o telefone tocou. (gebruik imperfeito voor een achtergrondhandeling)
9. Vocês sempre *jogavam* futebol aos sábados? (gebruik imperfeito voor herhaalde handelingen)
10. Ela *fez* o trabalho ontem à noite. (gebruik pretérito voor een afgeronde handeling)

Oefening 2: Imperfeito of Pretérito – Context en Verhalen

1. Quando nós *chegamos* à festa, todo mundo já estava lá. (pretérito voor een afgeronde actie)
2. Eu *lia* um livro enquanto ele preparava o jantar. (imperfeito voor achtergrondhandelingen)
3. No verão passado, eles *viajaram* para a Europa. (pretérito voor een specifieke gebeurtenis)
4. Minha avó sempre *contava* histórias incríveis quando eu era pequeno. (imperfeito voor gewoontes in het verleden)
5. Ontem, você *assistiu* ao jogo na televisão? (pretérito voor afgeronde actie)
6. Enquanto chovia, nós *ficávamos* em casa e conversávamos. (imperfeito voor voortdurende achtergrondhandeling)
7. Ele *entrou* na sala e todos ficaram em silêncio. (pretérito voor een plotwissel in het verhaal)
8. Quando eu *morava* em Lisboa, eu visitava os museus frequentemente. (imperfeito voor situatie en gewoonten)
9. Eles *terminaram* o projeto na semana passada. (pretérito voor afgeronde actie)
10. Nós sempre *comíamos* juntos aos domingos. (imperfeito voor herhaalde handelingen)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot