Leer sneller talen met AI

Leer 5x sneller!

+ 52 Talen
Begin met leren

Oefeningen in de voltooid verleden tijd voor Portugese grammatica

Deze oefeningen zijn gericht op de voltooid verleden tijd (pretérito mais-que-perfeito) in de Portugese grammatica. Dit tijdsvorm wordt gebruikt om aan te geven dat een handeling in het verleden al voltooid was voordat een andere gebeurtenis plaatsvond. Door deze oefeningen te maken, leer je hoe je deze tijd correct kunt toepassen in verschillende zinnen.

De meest efficiënte manier om een taal te leren

Probeer Talkpal gratis

Oefening 1: Voltooid verleden tijd met regelmatige werkwoorden

1. Toen ik aankwam, hij *já tinha terminado* o trabalho. (Hint: gebruik de voltooid verleden tijd van “terminar” om aan te geven dat het werk al klaar was.)
2. Nós *tínhamos estudado* para a prova antes de ela começar. (Hint: voltooid verleden tijd van “estudar” voor een actie die voltooid was vóór een andere.)
3. Ela *tinha comprado* o livro antes de a aula começar. (Hint: voltooid verleden tijd van “comprar”.)
4. Eles *já tinham viajado* para Portugal quando eu os visitei. (Hint: voltooid verleden tijd van “viajar”.)
5. Você *tinha falado* com ele antes da reunião? (Hint: voltooid verleden tijd van “falar”.)
6. Nós *já tínhamos jantado* quando os convidados chegaram. (Hint: voltooid verleden tijd van “jantar”.)
7. Ele *tinha morado* naquela casa antes de se mudar. (Hint: voltooid verleden tijd van “morar”.)
8. Vocês *tinham visto* o filme antes do debate começar? (Hint: voltooid verleden tijd van “ver”.)
9. Eu *tinha escrito* a carta antes do correio passar. (Hint: voltooid verleden tijd van “escrever”.)
10. Eles *já tinham aprendido* a lição antes do teste. (Hint: voltooid verleden tijd van “aprender”.)

Oefening 2: Voltooid verleden tijd met onregelmatige werkwoorden

1. Ela *já tinha feito* o jantar quando chegamos. (Hint: voltooid verleden tijd van “fazer”.)
2. Nós *tínhamos dito* a verdade antes do problema começar. (Hint: voltooid verleden tijd van “dizer”.)
3. Ele *tinha visto* o acidente antes de avisar a polícia. (Hint: voltooid verleden tijd van “ver”.)
4. Vocês *já tinham vindo* à festa quando eu liguei? (Hint: voltooid verleden tijd van “vir”.)
5. Eu *tinha escrito* o relatório antes do prazo terminar. (Hint: voltooid verleden tijd van “escrever”.)
6. Eles *já tinham lido* o livro quando o professor perguntou. (Hint: voltooid verleden tijd van “ler”.)
7. Você *tinha aberto* a janela antes da tempestade? (Hint: voltooid verleden tijd van “abrir”.)
8. Nós *já tínhamos dito* a resposta quando ele perguntou. (Hint: voltooid verleden tijd van “dizer”.)
9. Ela *tinha ido* ao mercado antes do almoço. (Hint: voltooid verleden tijd van “ir”.)
10. Eu *já tinha bebido* o café quando você chegou. (Hint: voltooid verleden tijd van “beber”.)
Download talkpal app
Altijd en overal leren

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Het is de meest efficiënte manier om een taal te leren. Chat over een onbeperkt aantal interessante onderwerpen door te schrijven of te spreken terwijl je berichten ontvangt met realistische stem.

QR-code
App Store Google Play
Neem contact met ons op

Talkpal is een GPT-gestuurde AI-taaldocent. Verbeter je spreek-, luister-, schrijf- en uitspraakvaardigheid - Leer 5x Sneller!

Instagram TikTok Youtube Facebook LinkedIn X(twitter)

Talen

Learning


Talkpal, Inc., 2810 N Church St, Wilmington, Delaware 19802, US

© 2025 All Rights Reserved.


Trustpilot