Oefening 1: Voorwaardelijke zinnen met ~면
2. 시간이 있으면, 우리는 영화를 *볼 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “kijken”).
3. 돈이 많으면, 나는 새 차를 *살 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “kopen”).
4. 날씨가 좋으면, 우리는 공원에 *갈 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “gaan”).
5. 배가 고프면, 나는 음식을 *먹을 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “eten”).
6. 친구가 오면, 우리는 함께 *놀 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “spelen”).
7. 시간이 없으면, 나는 공부를 *못 할 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “niet kunnen doen”).
8. 시험에 합격하면, 나는 정말로 *기쁠 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “blij zijn”).
9. 날이 추우면, 나는 두꺼운 옷을 *입을 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “aantrekken”).
10. 네가 도와주면, 나는 일을 더 빨리 *끝낼 거예요* (Gebruik de toekomstige tijd van “afmaken”).
Oefening 2: Voorwaardelijke zinnen met ~면 in verleden tijd
2. 네가 말했으면, 나는 그것을 *알았을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “weten”).
3. 우리가 더 연습했으면, 경기에 *이겼을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “winnen”).
4. 비가 안 왔으면, 우리는 소풍을 *갔을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “gaan”).
5. 그가 도와줬으면, 나는 일을 더 빨리 *끝냈을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “afmaken”).
6. 네가 공부했으면, 시험을 *잘 봤을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “goed maken”).
7. 그들이 일찍 출발했으면, 교통 체증을 *피했을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “ontwijken”).
8. 내가 돈이 많았으면, 새 집을 *샀을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “kopen”).
9. 우리가 시간을 더 썼으면, 프로젝트를 *완성했을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “voltooien”).
10. 네가 거기에 있었으면, 우리는 더 즐겁게 *보냈을 거예요* (Gebruik de verleden toekomende tijd van “doorbrengen”).