E-deeltjeoefening 1: Handelingen aan elkaar koppelen
2. テレビを見て、*宿題をします*。(De tweede handeling volgt op de eerste, gebruik de て-vorm van 見る)
3. 友達に会って、*映画を見ました*。(Vermeld eerst ontmoeten, dan de volgende actie in verleden tijd, gebruik de て-vorm van 会う)
4. 本を読んで、*寝ました*。(Eerst lezen, dan slapen, て-vorm van 読む)
5. 音楽を聞いて、*勉強します*。(Luisteren en daarna studeren, gebruik て-vorm van 聞く)
6. 手を洗って、*ご飯を食べます*。(Eerst handen wassen, dan eten, gebruik て-vorm van 洗う)
7. 電話をかけて、*話しました*。(Eerst bellen, dan praten, gebruik て-vorm van かける)
8. ドアを開けて、*部屋に入りました*。(Deur openen en vervolgens binnenkomen, て-vorm van 開ける)
9. 道を渡って、*駅に着きました*。(Eerst oversteken, dan aankomen, て-vorm van 渡る)
10. 服を脱いで、*お風呂に入りました*。(Kleren uitdoen en daarna bad nemen, て-vorm van 脱ぐ)
E-deeltjeoefening 2: Verzoeken en redenen uitdrukken met て-form
2. ちょっと待って*ください*。(Verzoek om te wachten, て-vorm van 待つ)
3. 静かにして*ください*。(Vraag om stil te zijn, て-vorm van する)
4. ここで写真を撮って*はいけません*。(Verbod uitdrukken met て-vorm + はいけません, van 撮る)
5. 遅れてごめんなさい、電車が遅れて*いました*。(Reden aangeven met て-vorm van 遅れる)
6. 病気で学校を休んで*います*。(Reden voor afwezigheid, て-vorm van 休む)
7. この漢字を教えて*ください*。(Verzoek om iets uit te leggen, て-vorm van 教える)
8. もっとゆっくり話して*ください*。(Verzoek om langzamer te spreken, て-vorm van 話す)
9. 事故があって、電車が遅れて*います*。(Reden voor vertraging, て-vorm van ある)
10. 料理を作って*います*。(Iets aan het doen zijn, て-vorm van 作る)