1. Als hij *was gekomen* naar het feest, zou hij veel plezier hebben gehad. (Käytä verbin ”komen” subjunktiivin perfektiä)
2. Ik wünschte, dat zij *had gesproken* met de leraar voordat ze de toets maakte. (Käytä verbin ”spreken” subjunktiivin perfektiä)
3. Als wij *hadden geweten* van het probleem, zouden we eerder hebben geholpen. (Käytä verbin ”weten” subjunktiivin perfektiä)
4. Het was jammer dat jij niet *was meegegaan* naar de excursie. (Käytä verbin ”meegaan” subjunktiivin perfektiä)
5. Als zij *hadden geleerd* voor de examen, hadden ze betere cijfers gekregen. (Käytä verbin ”leren” subjunktiivin perfektiä)
6. Ik hoopte dat hij *was gebleven* tot het einde van de vergadering. (Käytä verbin ”blijven” subjunktiivin perfektiä)
7. Het zou beter zijn geweest als jij *had geholpen* met het project. (Käytä verbin ”helpen” subjunktiivin perfektiä)
8. Als de studenten *hadden gelezen* de teksten, zouden ze de vragen beter begrijpen. (Käytä verbin ”lezen” subjunktiivin perfektiä)
9. Zij wensten dat hij *was teruggekomen* van vakantie voor het weekend. (Käytä verbin ”terugkomen” subjunktiivin perfektiä)
10. Als ik *had gewacht* op jou, zouden we samen zijn vertrokken. (Käytä verbin ”wachten” subjunktiivin perfektiä)

1. Als jij *was gebleven* thuis, had je de film kunnen zien. (Käytä verbin ”blijven” subjunktiivin perfektiä)
2. Hij zou succes hebben gehad als hij *hadden geoefend* meer. (Käytä verbin ”oefenen” subjunktiivin perfektiä)
3. Ik had liever dat zij *was gekomen* naar de bijeenkomst. (Käytä verbin ”komen” subjunktiivin perfektiä)
4. Als wij *hadden gewacht* op de bus, waren we niet te laat gekomen. (Käytä verbin ”wachten” subjunktiivin perfektiä)
5. Het zou fijn zijn geweest als jij *had verteld* wat er gebeurd was. (Käytä verbin ”vertellen” subjunktiivin perfektiä)
6. Zij zouden gelukkiger zijn geweest als ze *hadden gekozen* voor die baan. (Käytä verbin ”kiezen” subjunktiivin perfektiä)
7. Als hij *was vertrokken* eerder, had hij de trein niet gemist. (Käytä verbin ”vertrekken” subjunktiivin perfektiä)
8. Ik betreurde dat wij niet *hadden bezocht* dat museum tijdens onze reis. (Käytä verbin ”bezoeken” subjunktiivin perfektiä)
9. Als jij *was meegedaan* met het team, had je meer ervaring opgedaan. (Käytä verbin ”meedoen” subjunktiivin perfektiä)
10. Het zou beter zijn geweest als zij *had geschreven* een brief in plaats van een e-mail. (Käytä verbin ”schrijven” subjunktiivin perfektiä)