Simple Past Oefeningen voor Engelse grammatica

Guide to grammar exercises for language acquisition 

Wanneer je Engels leert, is het belangrijk om grip te krijgen op de verleden tijd. De simpele verleden tijd, ofwel ‘Simple Past’, wordt gebruikt om te beschrijven wat er in het verleden is gebeurd. Deze acties zijn voltooid en vinden niet meer plaats in het heden. Het vormen van de Simple Past is relatief rechttoe rechtaan: voor reguliere werkwoorden voeg je ‘-ed’ toe aan de basisvorm van het werkwoord, terwijl onregelmatige werkwoorden eigen unieke vormen hebben die je uit het hoofd moet leren.

In deze oefeningen ga je je kennis van de Simple Past in praktijk brengen door de juiste vorm van het werkwoord in te vullen. Let op signalen zoals tijdsaanduidingen en context die aangeven dat de actie in het verleden heeft plaatsgevonden. Ook zullen de cues je een handje helpen om sneller te bepalen welk werkwoord je moet gebruiken. Veel succes met de oefeningen!

Oefening 1: Vul de Simple Past vorm in van de reguliere werkwoorden.

They *watched* (watch) a movie last night.

I *listened* (listen) to the new album yesterday.

She *smiled* (smile) when she received the flowers.

We *washed* (wash) the car before the trip.

You *worked* (work) very hard last week.

He *used* (use) to have a red bicycle.

The students *handed* (hand) in their papers on time.

She *missed* (miss) the bus this morning.

They *called* (call) us immediately after the meeting.

We *booked* (book) our vacation to Spain two months ago.

The cat *jumped* (jump) on the table and knocked over the vase.

I *turned* (turn) off the lights before I left the house.

You *answered* (answer) all the questions correctly.

He *played* (play) basketball with his friends last weekend.

They *opened* (open) the store at nine o’clock sharp.

Oefening 2: Vul de Simple Past vorm in van de onregelmatige werkwoorden.

I *saw* (see) an old friend while walking down the street.

She *gave* (give) him a gift on his birthday.

You *went* (go) to the dentist’s office yesterday.

He *heard* (hear) a strange noise last night.

We *ate* (eat) dinner at a nice restaurant over the weekend.

They *took* (take) the train to get to work this morning.

She *spoke* (speak) French during her stay in Paris.

The children *slept* (sleep) through the night without waking up.

I *bought* (buy) a new jacket when I was shopping.

You *chose* (choose) the perfect color for the living room walls.

He *drew* (draw) a beautiful portrait of her.

We *swam* (swim) in the lake every day during our vacation.

They *drove* (drive) through the countryside until they reached the city.

She *fed* (feed) the neighborhood cats while their owners were away.

He *wrote* (write) his first novel when he was only twenty.

Talkpal is een AI-gestuurde taaltutor. Leer 57+ talen 5x sneller met revolutionaire technologie.

LEER SNELLER TALEN
MET AI

Leer 5x Sneller