Relatieve voornaamwoorden in het Spaans zijn woorden die gebruikt worden om zinnen te verbinden en extra informatie te geven over een bepaald zelfstandig naamwoord. Deze voornaamwoorden omvatten “que”, “quien”, “quienes”, “el que”, “la que”, “los que”, “las que”, “el cual”, “la cual”, “los cuales”, “las cuales”, “cuyo”, “cuya”, “cuyos”, en “cuyas”. Spaanse betrekkelijke voornaamwoorden variëren niet alleen in geslacht en getal, maar ze kunnen ook veranderen afhankelijk van de functie die ze in de zin vervullen. In de volgende oefeningen oefen je het gebruik van betrekkelijke voornaamwoorden in het Spaans door middel van invulzinnen, met hints om je naar het juiste antwoord te leiden.