In de Duitse grammatica zijn afhankelijke bijzinnen met infinitief een essentieel aspect dat leerlingen moeten begrijpen en oefenen. Deze bijzinnen beginnen meestal met een vervoegd werkwoord en worden gevolgd door een infinitief werkwoord, al dan niet vergezeld van het voorzetsel “zu”. Het onderwerp van de infinitiefzin is vaak hetzelfde als het onderwerp van de hoofdzin, en de infinitiefzin dient om aanvullende informatie te geven of de actie van het hoofdwerkwoord te specificeren. In deze oefening oefenen we het gebruik van afhankelijke bijzinnen met infinitiefzinnen in verschillende contexten. Door dit grammaticapunt te beheersen, kunnen de leerlingen complexere en interessantere zinnen maken in het Duits.