네덜란드어 수동태 기본 연습
1. Het boek ___ (worden, 현재 수동태) door de leraar gelezen.
2. De brieven ___ (worden, 현재 수동태) elke dag verstuurd.
3. De taart ___ (worden, 과거 수동태) gisteren gemaakt.
4. Het huis ___ (worden, 과거 수동태) door de timmerman gebouwd.
5. De film ___ (worden, 현재 수동태) door veel mensen bekeken.
6. De opdrachten ___ (worden, 현재 수동태) door de studenten gemaakt.
7. De ramen ___ (worden, 과거 수동태) vorige week gewassen.
8. De meubels ___ (worden, 과거 수동태) door een expert hersteld.
9. De planten ___ (worden, 현재 수동태) dagelijks verzorgd.
10. Het nieuws ___ (worden, 현재 수동태) elke avond om 8 uur uitgezonden.
힌트: 네덜란드어 수동태는 ‘worden’ + 과거분사 형태를 사용합니다. 시제에 따라 ‘worden’의 형태가 변합니다. 예를 들어, 현재는 ‘worden’, 과거는 ‘werden’을 사용합니다.
2. De brieven ___ (worden, 현재 수동태) elke dag verstuurd.
3. De taart ___ (worden, 과거 수동태) gisteren gemaakt.
4. Het huis ___ (worden, 과거 수동태) door de timmerman gebouwd.
5. De film ___ (worden, 현재 수동태) door veel mensen bekeken.
6. De opdrachten ___ (worden, 현재 수동태) door de studenten gemaakt.
7. De ramen ___ (worden, 과거 수동태) vorige week gewassen.
8. De meubels ___ (worden, 과거 수동태) door een expert hersteld.
9. De planten ___ (worden, 현재 수동태) dagelijks verzorgd.
10. Het nieuws ___ (worden, 현재 수동태) elke avond om 8 uur uitgezonden.
힌트: 네덜란드어 수동태는 ‘worden’ + 과거분사 형태를 사용합니다. 시제에 따라 ‘worden’의 형태가 변합니다. 예를 들어, 현재는 ‘worden’, 과거는 ‘werden’을 사용합니다.
네덜란드어 수동태 시제 변형 연습
1. De brief ___ (zijn, 과거 완료 수동태) al geschreven.
2. De huizen ___ (zijn, 현재 완료 수동태) net geschilderd.
3. De les ___ (worden, 미래 수동태) morgen gegeven.
4. Het rapport ___ (worden, 미래 수동태) volgende week afgerond.
5. De e-mails ___ (zijn, 현재 완료 수동태) verstuurd.
6. De documenten ___ (worden, 현재 수동태) gecontroleerd door de manager.
7. De gerechten ___ (worden, 과거 수동태) door de chef bereid.
8. De auto ___ (zijn, 과거 완료 수동태) gerepareerd voordat hij verkocht werd.
9. De uitnodigingen ___ (worden, 미래 수동태) binnenkort verstuurd.
10. De presentaties ___ (zijn, 현재 완료 수동태) al gegeven.
힌트: 완료 시제의 수동태는 ‘zijn’ + 과거분사 형태를 사용합니다. 미래 수동태는 ‘zullen worden’ + 과거분사 구조를 활용하지만 본 연습에서는 간단히 ‘worden’ 형태로 연습합니다.
2. De huizen ___ (zijn, 현재 완료 수동태) net geschilderd.
3. De les ___ (worden, 미래 수동태) morgen gegeven.
4. Het rapport ___ (worden, 미래 수동태) volgende week afgerond.
5. De e-mails ___ (zijn, 현재 완료 수동태) verstuurd.
6. De documenten ___ (worden, 현재 수동태) gecontroleerd door de manager.
7. De gerechten ___ (worden, 과거 수동태) door de chef bereid.
8. De auto ___ (zijn, 과거 완료 수동태) gerepareerd voordat hij verkocht werd.
9. De uitnodigingen ___ (worden, 미래 수동태) binnenkort verstuurd.
10. De presentaties ___ (zijn, 현재 완료 수동태) al gegeven.
힌트: 완료 시제의 수동태는 ‘zijn’ + 과거분사 형태를 사용합니다. 미래 수동태는 ‘zullen worden’ + 과거분사 구조를 활용하지만 본 연습에서는 간단히 ‘worden’ 형태로 연습합니다.