1. Dit is de *grootste* boom in het park. (Hint : Utilisez le superlatif de « groot » pour décrire la taille la plus importante.)
2. Zij is de *slimste* leerling van de klas. (Hint : Superlatif de « slim » pour indiquer la personne la plus intelligente.)
3. Dat was het *leukste* feest van het jaar. (Hint : Superlatif de « leuk » pour parler de l’événement le plus agréable.)
4. Dit huis is het *oudste* in de straat. (Hint : Superlatif de « oud » pour désigner le plus âgé ou ancien.)
5. Hij rijdt de *snelste* auto van de stad. (Hint : Superlatif de « snel » pour exprimer la vitesse la plus élevée.)
6. Dit boek is het *interessantste* dat ik ooit heb gelezen. (Hint : Superlatif de « interessant » pour montrer le plus captivant.)
7. Zij draagt de *mooiste* jurk op het bal. (Hint : Superlatif de « mooi » pour indiquer la plus belle robe.)
8. Dit is het *warmste* seizoen van het jaar. (Hint : Superlatif de « warm » pour le climat le plus chaud.)
9. Hij is de *sterkste* speler van het team. (Hint : Superlatif de « sterk » pour la force la plus grande.)
10. Dat is het *hoogste* gebouw in de stad. (Hint : Superlatif de « hoog » pour la hauteur la plus grande.)

1. Dit is het *beste* restaurant in de buurt. (Hint : Superlatif de « goed » pour la qualité la plus élevée.)
2. Zij geeft de *slechtste* presentatie van allemaal. (Hint : Superlatif de « slecht » pour la performance la plus faible.)
3. Dat is het *meest interessante* onderwerp van de les. (Hint : Utilisez « meest » + adjectif long, ici « interessant ».)
4. Hij is de *meest ervaren* leraar op school. (Hint : Superlatif formé avec « meest » devant un adjectif de deux syllabes ou plus.)
5. Dit is het *nieuwste* model van de telefoon. (Hint : Superlatif de « nieuw » pour la version la plus récente.)
6. Zij loopt het *snelst* van allemaal. (Hint : Superlatif adverbial, forme courte de « snel ».)
7. Dit is het *duurste* hotel in de stad. (Hint : Superlatif de « duur » pour le prix le plus élevé.)
8. Hij heeft de *meest creatieve* oplossing gevonden. (Hint : « meest » + adjectif long pour exprimer la créativité maximale.)
9. Dit is het *belangrijkste* punt van de vergadering. (Hint : Superlatif formé avec « meest » devant un adjectif long.)
10. Zij zingt het *mooist* in het koor. (Hint : Superlatif adverbial de « mooi » pour chanter le mieux.)