Sporthal – спортзал.
Ik ga drie keer per week naar de sporthal.
Trainer – тренер.
Mijn trainer heeft een nieuw oefenprogramma voorbereid.
Training – тренування.
De training van vandaag was erg zwaar.
Fitnessruimte – фітнес-зал.
De fitnessruimte is uitgerust met moderne apparaten.
Oefening – вправа.
Deze oefening is goed voor je rugspieren.
Spier – м’яз.
Ik voel dat mijn spieren sterker worden.
Krachttraining – силове тренування.
Krachttraining helpt om spiermassa op te bouwen.
Uithoudingsvermogen – витривалість.
Je uithoudingsvermogen verbetert als je regelmatig traint.
Cardio – кардіо.
Ik doe elke ochtend tien minuten cardio om mijn dag te beginnen.
Yoga – йога.
Yoga helpt me te ontspannen en mijn flexibiliteit te verbeteren.
Matje – килимок.
Vergeet niet je matje mee te nemen naar de yoga les.
Stretching – розтяжка.
Stretching na de training kan helpen om spierpijn te verminderen.
Gewicht – вага.
Hij heeft zijn gewicht met vijf kilo verlaagd.
Dumbbell – гантель.
Gebruik een lichtere dumbbell als je net begint met trainen.
Proteïneshake – протеїновий коктейль.
Ik drink een proteïneshake na elke trainingssessie.
Dieet – дієта.
Mijn diëtist heeft een speciaal dieet voor me samengesteld.
Calorie – калорія.
Ik probeer mijn calorie-inname te beperken.
Hydratatie – гідратація.
Hydratatie is belangrijk, vooral tijdens lange trainingssessies.
Sauna – сауна.
Een bezoek aan de sauna na het trainen is een goede manier om te ontspannen.
Zwembad – басейн.
Zwemmen in het zwembad is een goede manier om fit te blijven.
Loopband – бігова доріжка.
De loopband is bezet, dus ik zal op de crosstrainer beginnen.
Crosstrainer – еліптичний тренажер.
De crosstrainer helpt om zowel je armen als benen te trainen.
Освоєння цих слів та фраз значно поліпшить вашу здатність обговорювати нідерландською мовою теми, пов’язані з фітнесом та оздоровленням. Практикуйте їх регулярно, і ви побачите, як ваші мовні навички покращуються разом з вашим фізичним здоров’ям.