과거 완료 가정법 기본 연습
1. Als ik eerder was gekomen, *had* ik je geholpen. (‘hebben’의 과거 완료형)
2. Zij *had* het boek gelezen als ze meer tijd had gehad. (‘lezen’의 과거 완료형)
3. Als wij harder hadden gewerkt, *waren* we eerder klaar geweest. (‘zijn’의 과거 완료형)
4. Jij *had* het bericht moeten sturen voordat hij vertrok. (‘moeten’의 과거 완료형)
5. Als hij niet ziek was geweest, *had* hij mee kunnen doen. (‘kunnen’의 과거 완료형)
6. Wij *waren* naar het feest gegaan als het niet had geregend. (‘gaan’의 과거 완료형)
7. Als zij het geweten had, *had* ze het anders gedaan. (‘weten’의 과거 완료형)
8. Jullie *hadden* de opdracht af moeten maken gisteren. (‘moeten’의 과거 완료형)
9. Als ik meer geld had gehad, *had* ik die auto gekocht. (‘kopen’의 과거 완료형)
10. Hij *was* eerder vertrokken als hij de trein had gehaald. (‘vertrekken’의 과거 완료형)
2. Zij *had* het boek gelezen als ze meer tijd had gehad. (‘lezen’의 과거 완료형)
3. Als wij harder hadden gewerkt, *waren* we eerder klaar geweest. (‘zijn’의 과거 완료형)
4. Jij *had* het bericht moeten sturen voordat hij vertrok. (‘moeten’의 과거 완료형)
5. Als hij niet ziek was geweest, *had* hij mee kunnen doen. (‘kunnen’의 과거 완료형)
6. Wij *waren* naar het feest gegaan als het niet had geregend. (‘gaan’의 과거 완료형)
7. Als zij het geweten had, *had* ze het anders gedaan. (‘weten’의 과거 완료형)
8. Jullie *hadden* de opdracht af moeten maken gisteren. (‘moeten’의 과거 완료형)
9. Als ik meer geld had gehad, *had* ik die auto gekocht. (‘kopen’의 과거 완료형)
10. Hij *was* eerder vertrokken als hij de trein had gehaald. (‘vertrekken’의 과거 완료형)
과거 완료 가정법 응용 연습
1. Als zij harder had gestudeerd, *had* ze het examen gehaald. (‘halen’의 과거 완료형)
2. Wij *waren* niet verloren geweest als we beter hadden voorbereid. (‘zijn’의 과거 완료형)
3. Jij *had* beter kunnen luisteren tijdens de les. (‘kunnen’의 과거 완료형)
4. Als hij op tijd was gekomen, *had* hij de trein niet gemist. (‘missen’의 과거 완료형)
5. Zij *waren* eerder vertrokken als het niet zo druk was geweest. (‘vertrekken’의 과거 완료형)
6. Ik *had* je een bericht gestuurd als ik je nummer had gehad. (‘sturen’의 과거 완료형)
7. Jullie *hadden* meer moeten oefenen voor de wedstrijd. (‘moeten’의 과거 완료형)
8. Als wij het eerder hadden geweten, *waren* we gekomen. (‘komen’의 과거 완료형)
9. Hij *had* nooit zo laat moeten blijven werken. (‘moeten’의 과거 완료형)
10. Als zij het advies had opgevolgd, *had* ze minder problemen gehad. (‘hebben’의 과거 완료형)
2. Wij *waren* niet verloren geweest als we beter hadden voorbereid. (‘zijn’의 과거 완료형)
3. Jij *had* beter kunnen luisteren tijdens de les. (‘kunnen’의 과거 완료형)
4. Als hij op tijd was gekomen, *had* hij de trein niet gemist. (‘missen’의 과거 완료형)
5. Zij *waren* eerder vertrokken als het niet zo druk was geweest. (‘vertrekken’의 과거 완료형)
6. Ik *had* je een bericht gestuurd als ik je nummer had gehad. (‘sturen’의 과거 완료형)
7. Jullie *hadden* meer moeten oefenen voor de wedstrijd. (‘moeten’의 과거 완료형)
8. Als wij het eerder hadden geweten, *waren* we gekomen. (‘komen’의 과거 완료형)
9. Hij *had* nooit zo laat moeten blijven werken. (‘moeten’의 과거 완료형)
10. Als zij het advies had opgevolgd, *had* ze minder problemen gehad. (‘hebben’의 과거 완료형)