Hebbenの現在形練習
1. Ik *heb* een kat. (「私」は単数1人称なので、動詞は「heb」です。)
2. Jij *hebt* een fiets. (「君」は2人称単数。動詞は「hebt」になります。)
3. Hij *heeft* een boek. (「彼」は3人称単数で、「heeft」が正しい形です。)
4. Wij *hebben* een huis. (「私たち」は1人称複数、動詞は「hebben」です。)
5. Jullie *hebben* een computer. (「君たち」は2人称複数、動詞は「hebben」です。)
6. Zij *hebben* veel vrienden. (「彼ら」は3人称複数、動詞は「hebben」です。)
7. Jij *hebt* een nieuw horloge. (「君」は2人称単数。動詞は「hebt」です。)
8. Hij *heeft* een mooie auto. (「彼」は3人称単数。動詞は「heeft」です。)
9. Wij *hebben* genoeg tijd. (「私たち」は1人称複数。動詞は「hebben」です。)
10. Zij *hebben* drie kinderen. (「彼ら」は3人称複数。動詞は「hebben」です。)
2. Jij *hebt* een fiets. (「君」は2人称単数。動詞は「hebt」になります。)
3. Hij *heeft* een boek. (「彼」は3人称単数で、「heeft」が正しい形です。)
4. Wij *hebben* een huis. (「私たち」は1人称複数、動詞は「hebben」です。)
5. Jullie *hebben* een computer. (「君たち」は2人称複数、動詞は「hebben」です。)
6. Zij *hebben* veel vrienden. (「彼ら」は3人称複数、動詞は「hebben」です。)
7. Jij *hebt* een nieuw horloge. (「君」は2人称単数。動詞は「hebt」です。)
8. Hij *heeft* een mooie auto. (「彼」は3人称単数。動詞は「heeft」です。)
9. Wij *hebben* genoeg tijd. (「私たち」は1人称複数。動詞は「hebben」です。)
10. Zij *hebben* drie kinderen. (「彼ら」は3人称複数。動詞は「hebben」です。)
Hebbenの過去形練習
1. Ik *had* een hond. (「私」は単数1人称。過去形は「had」です。)
2. Jij *had* een boek gelezen. (「君」は2人称単数。過去形は「had」です。)
3. Hij *had* geen tijd. (「彼」は3人称単数。過去形は「had」です。)
4. Wij *hadden* een feest. (「私たち」は1人称複数。過去形は「hadden」です。)
5. Jullie *hadden* veel plezier. (「君たち」は2人称複数。過去形は「hadden」です。)
6. Zij *hadden* een groot huis. (「彼ら」は3人称複数。過去形は「hadden」です。)
7. Jij *had* een lange dag. (「君」は2人称単数。過去形は「had」です。)
8. Hij *had* een idee. (「彼」は3人称単数。過去形は「had」です。)
9. Wij *hadden* veel werk. (「私たち」は1人称複数。過去形は「hadden」です。)
10. Zij *hadden* een afspraak. (「彼ら」は3人称複数。過去形は「hadden」です。)
2. Jij *had* een boek gelezen. (「君」は2人称単数。過去形は「had」です。)
3. Hij *had* geen tijd. (「彼」は3人称単数。過去形は「had」です。)
4. Wij *hadden* een feest. (「私たち」は1人称複数。過去形は「hadden」です。)
5. Jullie *hadden* veel plezier. (「君たち」は2人称複数。過去形は「hadden」です。)
6. Zij *hadden* een groot huis. (「彼ら」は3人称複数。過去形は「hadden」です。)
7. Jij *had* een lange dag. (「君」は2人称単数。過去形は「had」です。)
8. Hij *had* een idee. (「彼」は3人称単数。過去形は「had」です。)
9. Wij *hadden* veel werk. (「私たち」は1人称複数。過去形は「hadden」です。)
10. Zij *hadden* een afspraak. (「彼ら」は3人称複数。過去形は「hadden」です。)